zaterdag 25 juni 2011

Begin van de tournee. Lima

Morgen kunnen we Peru laten horen wat we waard zijn. De affiches hangen er. Slatkin staat erop maar het orkest zal Detroit wel zijn.


zondag 19 juni 2011

Tom Poes, verzin een list!

Het is sinds de opera een beetje stil geworden, hier.
Dat was niet de bedoeling, er was genoeg om over te schrijven.

Met de Lord of the Rings was makkelijk een stuk te vullen geweest. In meerdere opzichten een unieke gebeurtenis.
Een prachtige samenwerking tussen Doelen en orkest, rijen voor de ingang vooraf en rijen in de pauze en na afloop voor de kassa om kaartjes voor volgend jaar te bemachtigen. Ik heb zelden zo'n ontlading  na de (lange) aftiteling gezien. Mensen maken iets bijzonders mee en hebben daar geld voor over. Hoeveel daarvan bij onze organisaties terechtkomt, of we de percentages van Zijlstra halen weet ik niet, maar nieuw, en internationaal, publiek hebben we zeker bereikt.
Ik had erover kunnen schrijven, maar de politiek hield me teveel bezig.

We hadden opnames met Yannick. Concert voor Orkest van Bartok. Weer heel wat anders dan de Ravel, Berlioz, Beethoven, Mahler. En Strauss. De nieuwe cd (Heldenleben) werd gepresenteerd aan de wethouder van Rotterdam, die ons in de politiek woelige tijden zal blijven steunen. En Bartok is meteen gerepeteerd voor de concerten in San Sebastian.
Ook hierover was genoeg te vertellen.
Ik had geen zin, geen motivatie.

Donderdag vertrekken we richting Zuid-Amerika, dus voor die tijd zal er hier ook niets verschijnen.
Misschien wel weer iets daarvandaan of na terugkeer. Sinds een week ben ik in het trotse bezit van een smartphone, wat vast ook mogelijkheden biedt voor deze blog, maar dat moet ik allemaal nog uitzoeken en oefenen. Misschien leidt het tot kortere teksten, wat kun je op zo'n ding, en eigen foto's. Mee met het snellere tempo en de beeldcultuur van de huidige tijd.

En even weg van de vaderlandse politiek.
Dat kan verfrissend werken, hoewel de cultuurpolitiek in Latijns Amerika ook niet overal te prefereren is.
Ik ben benieuwd of we er iets van mee krijgen.
Van de Haagse politiek wordt ik erg somber. Niet eens in de eerste plaats over de beslissingen, daar zullen wij als orkest misschien niet slecht van af komen. Maar meer over de motivatie van de keuzes, en het gebrek aan termijnvisie. Gebrek aan besef voor het belang van cultuur, voor de plaats van cultuur in de gewenste samenleving, enzovoorts, enzovoorts.
Ik geloof niet dat het slecht is als de subsidie-gever eisen stelt aan de instellingen die geld ontvangen. Er kan vast nog veel verbeterd worden. Maar geef de kunstenwereld die kans dan vooral!
En misschien mogen er dan aan de politiek ook eisen worden gesteld. Een minimum aan culturele bagage bijvoorbeeld. Waarom niet een verplichte boekenlijst, een paar films die ze gezien moeten hebben, wat toneelwerk, een paar symfonieën, een enkele Rembrandt en Vermeer?
Die boeken hoeven niet al te moeilijk te zijn, ze moeten tenslotte al zoveel lezen. Maar doe dan geen Ludlum of Dan Brown maar een paar bundels van Marten Toonder. Daar staan nog plaatjes bij ook. Híj zou over de huidige politieke ontwikkelingen, of de laatste economische crisis een mooi verhaal hebben kunnen schrijven. Ik sluit niet uit dat hij dat ooit al gedaan heeft, en dat de beleidsmakers met die kennis misschien fouten, dwaalwegen hadden kunnen voorkomen. Dat had ze vast een groter denkraam opgeleverd.
Bij Bommel is het altijd nog Tom Poes die de heer van stand en Rommeldam tot inzicht brengt, maar ik weet niet wie dat in Den Haag zou moeten doen?

zondag 5 juni 2011

Die Zeit.... (Rosenkavalier 9 en slot)

En toen was het weer voorbij.
Gisteren de laatste voorstelling van Der Rosenkavalier en warme woorden na afloop.
Wat overblijft is de herinnering.
En een televisie-registratie, vermoedelijk ook een dvd.
Was drum und dran hängt, ist mit dieser Stund vorbei.
Ik heb ervan genoten, en velen met mij.
En iets ervan zal toch wel blijven hangen. Het werken met topdirigenten is voor een orkest als vitamines.



Om af te kicken hebben we allemaal de heruitgave op cd van de opname uit 1976, onder leiding van Edo de Waart, gekregen. Ik had weleens naar de platen geluisterd maar nooit erg zorgvuldig. En nu ik de partituur inmiddels zo goed ken is het extra overweldigend welke enorme kwaliteit er uit de boxen komt.
En opwinding! Het moet een enerverende ervaring geweest zijn voor het orkest, net als dat destijds voor Strauss was tijdens het componeren.
Er staat een indrukwekkende lijst met solisten als Frederica von Stade, Ruth Welting (mevrouw de Waart) en José Carreras, maar het is vooral het orkest dat de sterren van de hemel speelt. Veel tijd en aandacht hebben ze besteed zijn aan deze grote onderneming, de eerste plaatopname van een complete opera in Nederland. Daarover kun je ook lezen in het informatieve boekje dat erbij zit. Edo de Waart verdient een groot compliment, maar zeker ook opnameleider Wilhelm Hellweg. En achter de schermen blijkt Ed Spanjaard al zijn steentje te hebben bijgedragen. Daar zal Opera Zuid, waar hij de opera afgelopen jaar dirigeerde, nog van geprofiteerd hebben en indirect dus ook DNO, op zoek naar invallers.



In bijna elke organisatie zul je achter de schermen mensen tegenkomen die zeker zo belangrijk voor de resultaten zijn als de mensen in de schijnwerpers. Dat geldt ook voor ons orkest en voor Alie Mink, die als artistic administrator vorige week afscheid  van het orkest nam. Ik weet niet hoe lang ze bij ons gewerkt heeft en welke titels tijdens die jaren bij haar functie hoorden, maar zij was degene die de contacten onderhield met de dirigenten en solisten. Ze is ook een tijdlang tourmanager geweest maar ik heb haar vooral leren kennen en waarderen in mijn werk voor de artistieke commissie, in soms moeilijke tijden. Ze had altijd aandacht voor het belang van de orkestleden. Iedereen, binnen het orkest en in de internationale orkestenwereld kende Alie en Alie kende iedereen. Vele oud-collega's kwamen dan ook naar haar afscheidsreceptie. Dat waren de musici die destijds met Edo de Waart Der Rosenkavalier opnamen en die er ook voor gezorgd hadden dat Simon Rattle zich prettig voelde in Rotterdam.

Je hebt, zelfs als orkest, de neiging om vooruit te kijken en het verleden te vergeten maar voor een gezonde ontwikkeling is het noodzakelijk om regelmatig stil te staan bij dat verleden. Dat verleden blijft een essentieel onderdeel van de identiteit. Een orkest ontwikkelt zijn kwaliteit in de loop van vele jaren. En hoe kwetsbaar dat is, hoe snel dat afgebroken kan worden, realiseren we ons des te meer in deze politiek zware tijden.
Voor Alie Mink zal wel weer een goede opvolger komen, maar we zullen haar zeker missen.
En de collega's van nu zullen ervoor moeten zorgen dat we over dertig jaar weer met de Rattle's van de toekomst kunnem werken.

Maar ik hoop ook dat we Simon de afgelopen maand voldoende aanleiding hebben gegeven in de toekomst een plek voor ons in zijn agenda in te ruimen. Dat zal zeker van meerdere factoren afhangen.
Wat rest zijn mooie herinneringen.
Zoals de manier waarop hij het accoord onder 'sonderbar'  neerlegde, fluisterzacht: 'Die Zeit ist ein sonderbar Ding.'
En dat is het!