woensdag 29 maart 2017

Wees

Ik beschouw deze blog niet als een medium om lezers deelgenoot te maken van mijn privéleven, maar, hopelijk als afsluiting van een moeilijke periode waarin de frequentie erg laag was, in dit geval voelt het niet misplaatst om een uitzondering te maken.

Sinds twee weken, met het overlijden van mijn moeder, ben ik wees.
Dat betekent dat ik nu iets mis, erg mis, maar wel iets waar ik best lang van heb mogen genieten.
Het betekent tegelijkertijd dat je nu iets met je mee draagt, de erfelijke en geestelijke nalatenschap van je ouders, die er niet meer zijn.

Dat besef zal pas langzaam tot me doordringen.
Ik ben geen uitzondering, zeker niet op mijn leeftijd.
Maar er zijn twee passies, passies die samenkomen in deze teksten en die ik rechtstreeks met mijn ouders kan verbinden: de liefde voor taal en het geschreven woord van mijn vader en de liefde voor klinkende muziek van mijn moeder.
En dan merk ik de laatste weken heel sterk hoe intuïtief eigenlijk deze stukjes tot stand komen en hoe afhankelijk je dan bent van de stemming waarin je verkeert.

Natuurlijk was het ook een kwestie van tijdgebrek waardoor er niets meer op het beeldscherm kwam.
Vanaf het moment dat de boodschap kwam dat mijn moeder ernstig ziek was heb ik veel tijd met haar door kunnen brengen, de teleurstelling na elk ziekenhuisbezoek kunnen delen, maar ook de vreugde van de aanwezigheid van familie en vele vrienden, waarvan ze nog in het volle besef afscheid van heeft kunnen nemen.

Met zo'n prominente plek voor muziek in haar leven, vanaf de jongste jaren in het vooroorlogse Indië, was het vanzelfsprekend dat er ook veel muziek zou klinken bij haar afscheidsdienst.
En dan ben ik blij dat ik mijn aandeel op mijn cello kan leveren en geen tekst hoef uit te spreken.
Een indische liedje met mijn dochters, voor hun trotse oma, en een Sarabande van Bach.
In G majeur, want ik herinner me haar als opgewekt en levenslustig.
En deze muziek had ik een week eerder nog voor haar gespeeld.
Onder de klanken van Fauré's In Paradisum droegen we de kist de kerk uit.

Muziek als troost, muziek als taal om met elkaar te communiceren, muziek als passie om me in te verliezen.
En ik hoop er de komende tijd weer regelmatig over te kunnen schrijven.