woensdag 22 november 2017

Identiteit

Hoe vaak lezen we niet over de heilzame werking van muziek op de hersens van onze kinderen en van onszelf. Actieve muziekbeoefening zorgt voor betere prestaties op school, in alle vakken, maar ook luisteren naar Mozart of Bach heeft al een positief effect.
Waarom ontbreekt muziek en de kunst in het algemeen dan zo nadrukkelijk in het huidige onderwijs, kun je je dan met recht afvragen.
Ook in de medische wereld wordt regelmatig geëxperimenteerd met de uitwerking van muzikale klanken. Maar wat ik afgelopen zaterdag in de NRC las, was nieuw voor mij: museumbezoek als verplicht onderdeel van de medische opleiding. Harald Merkelbach schreef erover in zijn column.
Het is nog niet zo ver, maar met kijken naar kunst zouden de artsen in spe hun observatievaardigheden kunnen trainen.
Kunst genieten met als effect dat je daarna anders tegen de wereld om je heen aankijkt, of op een andere manier gevoelens ervaart of herkent. Want dat laatste, daar gaat het bij ons, bij de concertbezoeker, waarschijnlijk eerder over.
Zo hadden we afgelopen week de eerste aflevering van Core Classics, de serie die bedoeld is om onze muziek aan nieuw publiek te presenteren. Het afwijkende zit hem dan in de uitgebreide inleiding, met muziek en gesproken tekst.
Maar op welke manier breng je de muziek dichter bij de luisteraar, geef je ze een sleutel, een handvat voor het beluisteren of misschien zelfs begrijpen van, in dit geval, de Negende symfonie van Dvorak, Uit de Nieuwe Wereld?
Je kunt vertellen wie de componist was, in welke tijd hij leefde, waarom en onder welke omstandigheden hij het stuk geschreven heeft, welke vorm hij aan het stuk gegeven heeft.
Zo gebeurt het meestal.
Met het gevaar dat je de ongeoefende, onvoorbereide bezoeker met een hoop onbegrijpelijke informatie opzadelt en de ervaren liefhebber verveelt met bekende feiten.
Bovendien is het maar de vraag of je op die manier tot de kern van de zaak komt.
Onze keus lag meer bij het stellen van vragen dan het geven van antwoorden. Het mooie van muziek is dat het zelden eenduidige antwoorden biedt. Dat het verwachtingen schept die in veel gevallen ook de nieuweling niet zullen ontgaan. Zoals het hoornsignaal na de openingsmaten, dat klinkt als een waarschuwing. Of de accoorden in het koper waarmee het langzame deel begint, waarmee dus de beroemde solo voor engelse hoorn wordt ingeleid: het doek gaat open, of: het sprookje begint. Er was eens. Dvorak was een verhalenverteller en mensen luisteren graag naar verhalen. Verhalen over indianen of over wat je er zelf in hoort.
Nationale identiteit was een thema. Daarvoor was Dvorak naar New York gehaald, om een muziekstijl te helpen ontwikkelen waarmee  de Verenigde Staten zich konden presenteren naar de buitenwereld.
Het is ook een heel actueel thema, in politiek Den Haag, en in de positie van de Verenigde Staten tegenover het buitenland. Welk Amerika wordt door de huidige president vertegenwoordigd?
Dvorak had het zoeken naar een identiteit in zijn Boheemse vaderland meegemaakt, waar Duits lang de voertaal was onder de overheersing van het keizerrijk Oostenrijk-Hongarije, en muziek een enorme belangrijke rol speelde in de onafhankelijkheidsstrijd.
Die rol werd weer actueel bij een concert in Londen in 1968, vlak na de Russische inval in Praag. Op een onlangs opgedoken filmopname is te zien hoe het geprogrammeerde Celloconcert van Dvorak, in de intense vertolking van Jaqueline du Pre, inclusief een gebroken snaar, en haar man Daniel Barenboim, ineens een enorme politieke lading kreeg:

Ook dit concert componeerde Dvorak in Amerika, maar hierin heeft nog niemand naar indiaanse of afro-amerikaanse invloeden gezocht.
Misschien hadden we het ook wel over toonsoorten kunnen hebben. Het is een technische term maar je kunt het best in gevoelens vertalen. Waarom schreef Dvorak zijn laatste symfonie in e mineur? Zegt die keuze iets over de strekking van het werk? Het is niet een hele gebruikelijke toonsoort voor een symfonie. Heeft het iets te maken met zijn grote vriend en promotor, die acht jaar daarvoor zijn laatste symfonie in dezelfde toonsoort schreef?
Die, de Vierde van Brahms,  spelen we deze week met Lahav Shani.
Vandaag klonken er al twee delen op de openbare repetitie. Meestal wordt dat een soort lunchconcert, maar nu kon het talrijke publiek ook echt genieten van de manier waarop onze toekomstige chef zijn ideale uitvoering probeert te bereiken. Een kijkje in de keuken. Ik ben zeer onder indruk hoe genuanceerd, effectief en inspirerend hij dat voor elkaar krijgt.
Dat worden zeker bijzondere concerten, met zelfs nog een vleugje Dvorak in de ouverture!

woensdag 15 november 2017

Nieuwe Wereld

November lijkt de maand van de Nieuwe Wereld te worden.
Niet alleen die beroemde symfonie van Dvorak meteen in de eerste week, maar er klonken toen ook nieuwe werelden in de muziek van Bartok en Pärt.
Zo origineel als de Muziek voor snaarinstrumenten nog steeds klinkt! En niet alleen modern, maar ook zo menselijk. Geworteld in de volksmuziek vindt hij in Dvorak een natuurlijk partner. Het lijkt een andere tijd maar toen de symfonie in New York in premiere ging was de jonge Bela toch ook al twaalf jaar. En ook hij zou later naar Amerika vertrekken.
De week daarna was het de beurt aan de wereld van de musical.
In combinatie met opera weliswaar, maar de musical-sfeer overheerst natuurlijk.
En dat is ook goed, want dat zijn de nummers die het publiek herkent en wil herkennen.
Een applaus na het horen van de eerste noten van een onaangekondigd nummer kennen wij in de klassieke wereld eigenlijk niet.
De operafragmenten waren ook goed gekozen deze keer, met niet alleen toppers als Nessun dorma en de Habanera uit Carmen maar ook een ouverture van Donizetti en een duet uit Rossini's Barbiere di Seviglia. Muziek uit de oude wereld, die we, wat mij betreft, veel vaker mogen spelen.
En wat mij betreft was Katie Hall de ster van de avond. Een bijzonder talent!
En dan staat deze week de Amerikaanse grootmeester John Adams op de lessenaars.
Harmonielehre klinkt niet erg Amerikaans, het verwijst naar Schönberg, maar het is een van zijn belangrijkste composities. Een van zijn eerste grote successen ook.
Minimal music in zekere zin, maar ergens ook heel romantisch. Niet wat je van zo'n titel zou verwachten dus. De aanleiding voor het eerste deel was een droom over een boot in de baai van San Francisco. Ik hoop niet dat dat de voornaamste reden is waarom voor Ligeti's San Francisco Polyphony als openingswerk gekozen is. Maar dat zal wel niet, want de Hongaar heeft fantastische muziek geschreven, ook regelmatig als muziek voor Amerikaanse films ingezet.
En dan Samuel Barber, de man van het Adagio.
Dat is op en top Amerika.
Over dat ene deel is zelfs een heel boek geschreven: Saddest music ever written van Thomas Larsson.
Dat stuk wordt overigens niet gespeeld, maar zijn wel Eerste symfonie.
En dan kom je toch weer terug bij Antonin Dvorak.
Die was door een rijke dame naar New York gelokt om bij te dragen aan de vorming van een muzikale identiteit van Amerika. Een eigen muziektaal die zich zou onderscheiden van het voorbeeld Europa. En tijdens die eerste maanden op Manhattan componeert hij dan een grote symfonie.
Aus der neuen Welt schrijft hij als ondertitel.
Alsof hij een ansichtkaart naar de overkant van de Atlantische Oceaan stuurt.
En is dat dan het voorbeeld wat gevolgd moet worden?
En zoja, wat heeft dat opgeleverd? Adams, Barber?
De Core Classics van deze week gaat er over.
En het bijzondere is dat we dit programma ook al op donderdag in Den Haag.
Daar heet het Masterclassics en is Lex Bohlmeijer degene die het verhaal vertelt.
En er zijn mooie verhalen te vertellen over zo'n beetje de beroemdste componist van Europa die de Amerikanen gaat leren hoe het allemaal moet.
En het was ook de tijd van de star-reporters, de journalisten die hun krant vol schreven met het laatste nieuws. En Dvorak was natuurlijk hot news, die zich gewillig liet interviewen.
Opmerkingen over de muziek van de slaven als rijke bron om een klassieke muziekcultuur mee te voeden verschijnen in de New York Herald van 21 mei 1893 en staan de volgende ochtend al in de Paris Herald, waarna er in Europa een debat ontstaat of dat nu wel zulke goeie ideeën zijn.
Maar Dvorak noemt ook de native americans, de indianen, als link met de symfonie.
Ik geloof niet dat hij hun muziek toen al gehoord had, de eerste maanden verlaat hij New York nog niet, maar als welkomstgeschenk had hij al wel een exemplaar van The song of Hiawatha gekregen.
Longfellows epos, dat ook al in vele vertalingen Europa veroverd had, gold als voorbeeld van de Amerikaanse literaire identiteit. Weinigen zullen nu nog de verhalen over de dappere krijger en zijn geliefde kennen, maar toen stond hij bij elke belezen Amerikaan in de kast.
Walt Disney heeft daar later iets heel anders van gemaakt.
De discussie over hoeveel Dvorak van de cultuur die hij in Amerika aantrof in zijn symfonie heeft gestopt duurt nog steeds voort. Ik vind het interessant, maar je hoeft je daar niet druk over te maken.
Het is ook gewoon hele mooie muziek, die haar Boheemse wortels niet verloochent, en altijd weer heerlijk is om te spelen.