dinsdag 23 augustus 2016

Nieuwe chef

Een sleutelmoment.
Zo mogen we dit toch wel noemen.
De keuze van een nieuwe chefdirigent.
De laatste keer was alweer zo'n tien jaar geleden.
En dat was pas de tweede chef in de bijna kwart eeuw dat ik van dit orkest deel uit maak.
De houdbaarheid van directeuren was bepaald een ander verhaal.
Toen ik begon, in de jaren 90 van de vorige eeuw, was Jeffrey Tate net vertrokken.
Dirigent en orkest waren beiden tot de conclusie gekomen dat ze niet bij elkaar pasten.
Het gevolg was dat ik in mijn eerste seizoen bijna veertig verschillende dirigenten voor mijn neus heb gehad, met alle voor- en nadelen van dien.
Interessant was het zeker.
Tijdens dat jaar lukte het het orkest, onder aanvoering van Paul Zeegers en Kees Hillen, om Valery Gergiev als chefdirigent te strikken en werd tevens een prestigieus festival in het leven geroepen.
Dat beloofde een enerverende periode te worden.
Een statement in orkestenland.
Vele gedenkwaardige concerten, maar ook zware tijden voor het management. Het einde van de era Gergiev leek regelmatig voor de deur te staan, maar het heeft toch uiteindelijk dertien jaar geduurd.
En ook nog na zijn afscheid in 2008 is Valery, en niet alleen tijdens zijn Festival, als eredirigent ons orkest blijven dirigeren. Het is directeur Jan Raes gelukt om het chef-dirigentschap op een goede manier af te sluiten en te laten overgaan in een andere vorm van samenwerken. Een kunst op zich.
Bij andere orkesten, maar ook bij eerdere dirigenten in Rotterdam is dat nog weleens een pijnlijk proces en dat is zonde van alles wat in de loop der tijd mogelijk is opgebouwd. In het geval van Gergiev in Rotterdam is dat prima verlopen, en daar plukken wij en ons publiek nog steeds de vruchten van.
Dat geldt, wat mij betreft, ook voor het aantrekken van een opvolger.
Als lid van de artistieke commissie, en daarmee ook de zoekcommissie, heb ik toen vele discussies meegemaakt en gevoerd. Aanvankelijk over het profiel maar uiteindelijk toch vooral over namen.
Je verzamelt informatie en ervaringen van collega's in binnen- en buitenland, luistert naar opnames en gaat concerten bezoeken. Een longlist wordt uitgedund tot shortlist en het aantal serieuze kandidaten, dat beschikbaar is en aansluit op onze wensen, blijkt tenslotte zeer overzichtelijk.
Ik herinner me dat de naam van Yannick pas halverwege het proces opdook, en meteen na zijn eerste week bij ons (een Fins abonnements-programma en een benefietconcert met o.a. Martha Argerich), met stip bovenaan de lijst kwam. Het talent, de energie, de communicatieve vaardigheden en de enorme aanstekelijke muzikaliteit overtuigden het hele orkest, maar er waren toen ook nog kandidaten waar we nog niet mee gespeeld hadden.
Hoe lang kun je wachten met een beslissing, met al die andere kapers op de kust?
Dat is een delicaat spel, dat toen, gezien het resultaat, goed gespeeld is.
Ook George Wiegel, onze toch nog verse directeur, blijkt dat nu goed in zijn vingers te hebben.
In beide gevallen is de eensgezindheid van het orkest geen onbelangrijke factor.
Als de musici gezamenlijk zo enthousiast zijn over een dirigent is er iets bijzonders aan de hand.
Dat komt zeer zelden voor.
Dan kan de kandidaat nog langs een paar andere meetlatten worden gelegd, maar is de opdracht aan het management duidelijk.
Leg de man vast voordat anderen je voor zijn!
Die man, of vrouw, moet dan natuurlijk ook nog wel zijn hart aan ons orkest verloren hebben, maar Cupido had in beide gevallen raak geschoten. Dat heeft zeker ook, maar niet uitsluitend, met kwaliteit te maken. Blijkbaar zijn we als orkest aantrekkelijk genoeg voor deze mensen.
Toch had dat ook anders kunnen lopen.
Veel orkesten, ook veel goede orkesten, zijn op zoek naar een dirigent.
En er zijn te weinig goede dirigenten voor te veel goede orkesten. De spoeling is dun, en mijn gevoel is dat dat probleem de afgelopen tien jaar alleen nog maar groter is geworden.
Wij vissen dan misschien niet meteen in de vijver waar een Berliner Philharmoniker (Kyrill Petrenko) of een Concertgebouworkest (Daniele Gatti) recentelijk hun chef moesten zien te vangen. Met hun reputatie en financiële mogelijkheden hebben die orkesten grote voordelen, maar tevens het nadeel dat je weinig risico's kunt nemen en je tot gevestigde namen moet beperken.
Daar hoort Lahav Shani nog niet bij.
Maar het zou me niet verbaasd hebben als het orkest van Bamberg, dat vorig jaar Jakub Hrusa vastlegde, of onze collega's in Birmingham, die een half jaar geleden kozen voor Mirga Grazinyte-Tyla als opvolger voor de al vertrokken Andriss Nelsons, ons voor waren geweest.
Misschien hebben we ook wel geluk gehad.
Met de keuze die we tien jaar geleden maakten voor Yannick kunnen we nog steeds heel gelukkig zijn. Zijn benoemingen bij het Philadelphia Orchestra en de Metropolitan Opera, maar ook zijn samenwerkingen met andere toporkesten, hebben ons gelijk bewezen.
Dat succes, en zeker zijn operawerk in New York, zullen het misschien lastig maken om de samenwerking na 2018 inhoud te geven, maar ik heb er vertrouwen in dat we zo'n goede band hebben opgebouwd, dat de relatie stand zal houden.
Daar gaan we komende week op tournee weer verder aan bouwen.
En met de komst van Lahav Shani voelen we ons net zo gelukkig.
In de twee programma's die hij bij ons gedaan heeft, ook als pianist, heeft hij een overweldigende indruk gemaakt als muzikale persoonlijkheid, met een heel eigen stijl, prachtige handen en een, voor zijn leeftijd, verrassend rijp inzicht in de structuur van de muziek.
De samenwerking moet zich nog bewijzen maar ik zie met hem, en de voortgaande relaties met Valery en Yannick, artistiek een hele mooie toekomst voor ons.

Welkom Lahav!

2 opmerkingen:

  1. Ik was danig onder de indruk van Tchaikovsky 6. Mede door deze ervaring (ik dacht sterk terug aan april 1987 toen Janssons dit deed in R'dam...) toog ik vorige week woensdag naar het Concertgebouw en had absoluut een soortgelijke ervaring. Zelden hoorde ik vooral het hout zó mooi!!
    Ik wil jullie van harte feliciteren met deze keuze, wat toch wel enigszins een verrassing is. Eerlijk gezegd had ik gerekend op Kochanovsky, die toch ook komend seizoen prominent aanwezig is. (Prince Igor en een schitterend concert met oa de Metaboles-ongeveer mijn favoriete orkestwerk van de 20-e eeuw...) en wellicht gehoopt op Thomas Sondergard, die mij een paar seizoenen geleden enorm verraste (als invaller) met het klarinetconcert van Lindberg en de voortreffelijke 7-e Sibelius...
    Gehoopt tevens had ik op Mark Elder, maar ik realiseer me dat dat niet geheel past in de traditie van het orkest. Maar ik vind hem een fenomenale dirigent en ik hoop dat hij geregeld terugkomt, wat al spoedig weer gaat gebeuren gelukkig! NB met Vaughan Williams. Nu maar hopen dat hij eens een Bax-symphonie of symph. gedicht voor het voetlicht brengt....niemand kan dat momenteel beter dan hij.
    Op mijn lijstje stond ook nog David Afkham, die enige tijd terug een prachtig programma deed met Lindberg, Berg en Schubert. Ik blijf het allemaal met buitengewoon veel interesse volgen, evenals deze fraaie blog!

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Dank voor de felicitaties en de waarderende woorden. Er blijven natuurlijk nog genoeg weken in een seizoen over voor andere dirigenten. Kochanovsky heeft ook een prachtig debuut gemaakt en doet inderdaad een grote DNO-productie, Afkham gaat met ons naar China, Elder komt zeker nog regelmatig terug en Sondergard verwacht ik zeker ook in de nabije toekomst. Maar de chemie met Shani was overweldigend.

    BeantwoordenVerwijderen