maandag 11 juni 2012

Aimez-vous Webern?

Na de opera-avonturen van afgelopen week was het eigenlijk een rustig programma waarmee we ons 'seizoen' in Parijs afsloten. Twee grote stukken Brahms en vijf kleine stukken Webern. Een herhaling van een programma uit Dossier Brahms.
Het verrassende zat 'm  vooral in de manier waarop beide componisten verbonden werden; vanuit de laatste maat van Webern, een duidelijk voorbeeld van atonale muziek, maakten we een naadloze overgang naar het veilige D majeur van Brahms. Zo naadloos, dat we ons zondagavond toch nog lieten verrassen en niet iedereen zijn eerste noot gespeeld zal hebben.




Het publiek was na de symfonie zo enthousiast dat we niet zonder toegift het podium van het Théâtre des Champs-Elysées konden verlaten.
Daar hadden we ons niet op voorbereid, maar Yannick koos voor een herhaling van het scherzo, met zijn elegante, volksmuziek-achtige hobo-solo. Een logische keus misschien, ook al omdat het het kortste van de vier delen is, maar wat mij betreft had een deeltje Webern ook wel gekund. Alle spelers, gitaar, mandoline, toetsenisten, slagwerkers, zaten nog op het podium. En bovendien is die muziek haast te geconcentreerd om bij één keer horen voldoende door te dringen. Maar misschien zou het publiek dan met teveel vraagtekens Avenue Montaigne op zijn gestuurd.



Ik ben blij dat we die muziek van Webern weer eens op de lessenaars hadden staan en zeker die Fünf Stücke für Orchester opus 10. Het lijkt een wat ironische titel met nauwelijks twintig musici, maar de componist zal het vast serieus bedoeld hebben. Nergens in zijn muziek is hij verder gegaan in zoveel mogelijk inhoud stoppen in zo weinig mogelijk noten. Of het zou zijn opus 11 moeten zijn, de Drei kleine Stücke voor cello en piano. De ultieme concentratie!



Ik hou erg van die muziek, maar weet dat je er geen groot publiek mee kan bereiken. Misschien helpt het om een luister-route te volgen vanaf de Bach/Webern ricercare, die we in het andere Brahms-programma speelden, via een piano-reductie van opus 10 nr. 1 naar de definitieve versie, zoals Noah S. Weber dat in zijn blog Nicht diese Töne voorstelt: http://94clusiere.blogspot.nl/2010/11/webern-op-10-program-notes.html.

Dan blijft nog de vraag of het een goed idee was om de Webern aan de Brahms te plakken.
Zoiets is een experiment dat Yannick met overtuiging uitvoert en waar iedereen zijn eigen mening over kan vormen.
Bij Domestica Rotterdam hebben we al veel mogelijkheden uitgeprobeerd om de presentatie van muziek los te maken uit het stramien 'opkomst-applaus-stilte-beginnen', met vaak bevredigende resultaten.
Bij een orkest is dat lastiger.
Ik herinner me een Gergiev Festival waarin Valery de Negende van Beethoven vooraf liet gaan door A survivor from Warsaw, een aangrijpend stuk met spreker en mannenkoor van Schönberg. Ook zonder pauze of applaus tussendoor. Dat vond ik zeer overtuigend. Niet alleen omdat de boodschap van beide stukken in eenzelfde richting kunnen wijzen, maar vooral ook vanwege het begin van Beethoven, waar vanuit een accoord, eigenlijk niet meer dan een simpele tweeklank, een thema ontstaat.
En het was een perfecte gelegenheid om een groot publiek kennis te laten maken met de moeilijk geachte muziek van Schönberg, met de Tweede Weense School.
Je kunt dat ook via beelden doen, zoals Peter Greenaway en Saskia Boddeke:





Brahms begint zijn Tweede symfonie meteen met een lyrisch thema, een melodie die iedereen kan nazingen. Die tegenstelling met de muziek van Webern was misschien een te grote hobbel.
Toch zorgde het ongetwijfeld bij veel luisteraars voor een nieuwe invalshoek, een andere manier van luisteren naar bekende muziek, en dat is dan weer winst.
Zo zullen we het 'ijzeren repertoire' steeds weer met nieuwe ogen en nieuwe oren moeten beluisteren.
En in Yannick hebben we daarvoor een ideale gids.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten