vrijdag 18 januari 2019

Fitzenhagen

Tsjaikovski en de cello.
Een celloconcert heeft hij niet gecomponeerd, maar wel iets dat er nauw mee verwant is, een variatiewerk voor cello en orkest. Variaties op een Rococo-thema, whatever that may be.
Hij heeft het thema zeker zelf bedacht, maar liet zich daarbij, of misschien vooral bij de variaties, inspireren door Mozart. Dat had hij wel vaker gedaan. Zijn beeld van Mozart verschilt wel veel van dat van ons.
Maar wat tegenwoordig doorgaat voor de Rococo-variaties is eigenlijk alweer een variatie op het origineel, geknipt, geplakt en bewerkt door tijdgenoot Wilhelm Fitzenhagen.
Fitzenhagen, een Duitser, was de belangrijkste cellist en celloleraar van Moskou. Hij was bevriend met Tsjaikovski en had de meeste van zijn kamermuziekwerken in première gebracht.
Maar die vriendschap zal wel een deuk opgelopen hebben toen Fitzenhagen met de Rococo-variaties aan de haal ging.
Tsjaikovski had het stuk voor hem geschreven, misschien wel op zijn verzoek, maar de cellist heeft het zodanig aangepast, volgorde omgedraaid, zelfs een hele variatie geschrapt, om zelf als uitvoerder meer succes te vergaren. De componist was daar uiteraard niet blij mee, maar in deze versie heeft het stuk wel de wereld veroverd, zonder dat men besefte dat het niet de originele versie betrof.
Het verhaal kwam naar buiten, of althans onder mijn aandacht, in de tijd dat ik op het conservatorium studeerde aan de hand van een plaatopname met Raphael Wallfisch uit 1983. Ik was, zeker toen, erg geïnteresseerd in urtexten, kocht de plaat en vond zelfs een Russische partituur van de echte Rococo-variaties. Ik heb zelf maar een pianopartij in elkaar geflanst, het stuk bij mijn leraar gestudeerd, en was toen zo naief om te denken dat ik dan bij de eersten zou horen en de cellowereld snel zou volgen.
Dat is niet gebeurd. De versie die deze week op onze lessenaars staat is de 'normale' uitgave, de bewerking van Fitzenhagen.
Meer details hierover en een vergelijking tussen beide versies zijn hier te lezen.
Een paar namen van cellisten die wel de componist boven de bewerker hebben gesteld, zoals Isserlis en Moser, worden hierin genoemd. Maar ze behoren tot een minderheid.
Er is ongetwijfeld ook veel te zeggen voor de bewerking. Fitzenhagen wist wel wat hij deed. Maar waar ik nooit aan heb kunnen wennen zijn de herhalingen die hij in het thema heeft aangebracht. Ik snap de reden daarvoor ook niet. Die klinken voor mij nog steeds overbodig.
Opmerkelijk is toch ook wel dat zelfs bij het Tsjaikovski Concours in Moskou, waar het natuurlijk een verplicht werk is, de componist aan het kortste eind trekt.
Bij de laatste editie, in 2015, hoorde ik voor het eerst de Spaanse cellist Pablo Ferrandez. Hij won de vierde prijs, maar van mij had hij de winnaar mogen zijn, zoals ik toen ook schreef, en verkeerde met Gidon Kremer in goed gezelschap.
En ik vind het wel heel leuk dat hij nu bij ons soleert, al is het dan met de verkeerde versie.







PF-Tsjaikovski concours - toch Fitzenhagen

Geen opmerkingen:

Een reactie posten