zondag 17 oktober 2021

Componist als dirigent

De componist als dirigent, daar kunnen je boeken over schrijven. Vaak worden ze dan beroemd als dirigent, dat gaat toch makkelijker, terwijl ze zichzelf liever als componist zien. Bij Mahler was dat zo, maar die schade is later ingehaald. Bij Furtwängler was het zo, maar ik weet niet of hij ooit als componist voldoende serieus zal worden genomen om te wedijveren met zijn legendarische status als dirigent. Een zeldzaam geval waar het min of meer in evenwicht lijkt is Bernstein. Daar zal zijn West Side Story behoorlijk bij geholpen hebben. Salonen is een topdirigent die als componist heel serieus wordt genomen, net als Boulez destijds. En wat doet John Adams, die deze week bij ons orkest debuteert, in dat rijtje?

Toen George Wiegel hem voorstelde merkte hij op dat zoiets vroeger nog weleens gebeurde in Rotterdam maar de laatste tijd maar zelden. Hij zal gedacht hebben aan Lutoslawski en Berio. Grote namen. Misschien ook nog wel James MacMillan. Als componist heeft Adams zeker zo'n succes en reputatie maar het was even afwachten hoe zijn dirigeren zou uitpakken. Hij begon met te zeggen dat hij ons graag al veel eerder had gedirigeerd. Hij was bij de Europese première van zijn laatste opera, Girls of the Golden West, geweest, die we ruim twee jaar geleden bij DNO speelden en was zeer onder de indruk. Ik herinner me dat we ooit in 2004 een Adams Festival in Rotterdam deden, met The Death of Klinghoffer met het OT in het Nieuwe Luxor, waarbij er aanvankelijk sprake van was, dat Adams zelf het een en ander zou dirigeren. Dat debuut had dus al jaren geleden plaats kunnen hebben.

En de taal van Adams is ons als orkest dus niet onbekend. Chairman Dances en vooral Short Ride on a Fast Machine zijn van die succesnummers die regelmatig gespeeld worden. Het aardige dit keer is de combinatie met de toppers uit de minimal music, Philip Glass en Steve Reich, waar Adams uiteraard schatplichtig aan is. Die eindeloze herhalingen van korte motieven was inderdaad een grote gemene deler. En misschien werkte die nog het sterkst, met de meeste energie, bij Reich. Maar ik moet er meteen bij zeggen dat je zoiets veel beter vanuit de zaal dan vanuit het orkest kunt beoordelen.

En het aanwezige publiek reageerde enthousiast. Zeker in Utrecht waar de zaal nog beter gevuld was dan in de Doelen. En ik heb een leuke week gehad. Vooral de partij van de Naive and Sentimental Music van Adams zelf zat vol ingewikkelde passages die in het aangegeven tempo nauwelijks te spelen waren en in een aantal gevallen ook moeilijk te horen. Dan is het meer zaak om op het juiste moment naar de volgende maat over te gaan dan dat alle noten juist gespeeld worden. Dat kan weleens frustrerend zijn, maar daar leer je ook mee leven.  De componist noemde het zijn moeilijkste orkestwerk en zei dat dit de beste versie was van wat hij ooit had mogen dirigeren. Maar ik kan me ook voorstellen dat dat complimenten zijn die hij wel vaker maakt. Adams is geen componist die met diepzinnige verhandelingen over zijn muziek komt. Toch krijg je door zijn aanpak en zijn lichaamstaal wel iets mee van wat belangrijk is bij de uitvoering van deze muziek. En dat is zeker een meerwaarde van het werken met de componist zelf.



Geen opmerkingen:

Een reactie posten