dinsdag 1 maart 2016

Fietsenmaker

Het solorepertoire voor cello en orkest is niet half zo groot als dat voor viool of voor piano, maar we mogen ons toch wel verheugen op een aantal meesterwerken die tot het 'ijzeren repertoire' zijn doorgedrongen.
Geen Mozart, geen Bach, geen Mendelssohn.
Wel een beetje Beethoven.
Hij schreef een lastige solopartij in zijn Tripelconcert en Brahms verdeelde de aandacht tussen viool en cello in zijn Dubbelconcert. Maar na het horen van het Concert van Dvorak, een van de topstukken voor de cello, kreeg hij spijt dat hij de mogelijkheden niet herkend had die zijn Tsjechische collega en vriend wel optimaal wist te benutten.
Een beetje een buitenbeentje in dat standaardrepertoire zijn de Rococo-variaties van Tsjaikovski.
Het is niet helemaal een concert en het is niet helemaal van Tsjaikovski.
Wel met prachtige lyrische thema's en een flinke dosis virtuositeit.
Voor speeltechnisch advies had de componist de hulp van de Duitse cellist Wilhelm Fitzenhagen, leraar aan het conservatorium van Moskou, ingeroepen. Daar zou hij spijt van krijgen. Deze is wat rigoureuzer te werk gegaan dan Tsjaikovski's bedoeling was en kreeg onbedoeld het laatste woord toen de partituur in druk verscheen. Het was inmiddels de tijd dat het drama van het mislukte huwelijk en de daaropvolgende vlucht naar het buitenland zich voltrok.
Over de veranderingen die Fitzenhagen aanbracht kun je verschillend oordelen, biograaf David Brown spreekt van een deplorably corrupt version, feit is wel dat de uitgave van Fitzenhagen nog steeds door de meeste cellogrootheden gespeeld wordt.
Succesvol was deze dus wel.
En zo klinkt hij deze week ook bij ons.
Zonder vermelding van deze co-auteur.
Fitzenhagen (1848-1890) is geen grote bekendheid onder de cellisten.
Er zijn geen belangrijke etudes of studieconcerten die nog gespeeld worden, hoewel hij toch zo'n zestig (voornamelijk cello)werken op zijn naam heeft staan,
Ik leerde hem ooit kennen, als tiener, tijdens een kamermuziekkamp, waar we met vier cellisten zijn Konzertwalzer speelden. Een heerlijk stuk dat in vele versies op youtube te beluisteren is.
Onder elkaar noemden we het stuk steevast 'fietsenmaker', en zo blijft het in mijn herinnering.

Ik kwam de naam weer tegen tijdens mijn conservatoriumstudie, toen er een lp verscheen van de originele versie van de Variations sur un thème rococo. 
Ik was meteen geïntrigeerd en overtuigd van het belang van urtexten en verantwoorde uitgaven en ben die versie bij mijn leraar gaan studeren. Een piano-uittreksel heb ik toen zelf moeten fabriceren.
Binnen enkele jaren zou de hele cellowereld toch wel volgen.
Maar dat was een misrekening.

Of Tsjaikovski nu echt zo ongelukkig was met de aanpassingen is niet zeker.
En zo corrupt waren die nu ook weer niet.
Een toelichting is te vinden op internet.
Je kunt ook nog het handschrift van Tsjaikovski zien, waarin Fitzenhagen zijn aanpassingen heeft genoteerd. Heel interessant!
De belangrijkste verandering, behalve het schrappen van de laatste variatie, is in zekere zin een ruil tussen de twee lyrische variaties. Tsjaikovksi had het Andante sonstenuto in C majeur (4:55) tegen het eind gezet, Fitzenhagen wilde op die plek liever scoren met het Andante in d mineur (14:10), waarin de cello een dialoog met de klarinet en de fluit aangaat.
Eigenlijk heb ik daar niet zoveel moeite mee.
Waar ik moeilijk aan kan wennen, zijn de herhalingen in het thema, die niet van de componist zijn, en volgens mij ook volkomen overbodig klinken.
Misschien zou iemand een nieuwe versie met het beste van beide werelden moeten maken en die bijvoorbeeld als verplicht werk bij het Tsjaikovski Concours introduceren.
Dat is een podium dat door de muziekwereld nauwlettend wordt gadegeslagen.

Ik noemde al eerder mijn favoriet bij het laatste celloconcours aldaar, de Spanjaard Pablo Ferrandez.
Maar er speelde ook een Koreaanse dame, die er vorige week in geslaagd is onze auditie voor solocellist succesvol af te sluiten.
Hee-Young Lim zal binnenkort de opvolger worden van Floris Mijnders, die met deze Rococo-variaties officieus afscheid van ons neemt. Ik heb aan Floris vele mooie muzikale herinneringen.
Om er een paar te noemen: als solist in het Dubbelconcert van Brahms met Gergiev en Don Quixote met Yannick, als solo-cellist in het Tweede pianoconcert van Brahms, onlangs nog met Emanuel Ax, maar ook als kamermusicus in het Strijkkwintet van Schubert, waarbij ik de tweede partij mocht spelen.
Wij wensen hem in München bij de Philharmoniker veel succes en artistieke bevrediging.

En natuurlijk een warm welkom voor Hee-Young.
Ter introductie haar prestatie op het concours.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten